Kalkoen met kappertjessaus

Bereidingswijze

Stap 1
Snijd de kalkoenfilet in blokjes van ca. 3 x 3 cm of vraag de Keurslager dit te doen. Schep de bloem, het paprikapoeder en wat zout en peper in een plastic zak, voeg de kalkoenblokjes toe en schud tot ze rondom met de bloem zijn bedekt. Verhit de olie in een braadpan en bak de kalkoenblokjes in 2 porties omscheppend goudbruin. Schep ze uit de pan en houd ze warm.

Stap 2
Schil twee van de sinaasappelen tot op het vruchtvlees. Snijd de sinaasappelpartjes los tussen de vliesjes en vang het uitlopende sap op. Pers de derde sinaasappel uit. Snijd de olijven in plakjes. Roer met het sinaasappelsap de aanbaksels uit de braadpan los. Voeg de fond of de bouillon toe, breng aan de kook en laat een paar minuten inkoken. Voeg de room toe en laat nogmaals een paar minuten inkoken. Spoel de kappertjes in een zeef af onder de koude kraan, laat ze uitlekken en roer ze door de saus. Breng de saus met allesbinder of ma?zena op de gewenste dikte. Proef of er nog zout en/of peper bij moet. Schep de blokjes kalkoen met het uitgelopen vocht door de saus, breng aan de kook, draai het vuur laag en laat nog ca. 10 minuten stoven zonder dat de saus kookt. Schep kort voor het serveren de sinaasappelpartjes door de saus. Lekker met rijst of pasta en bijvoorbeeld doperwtjes.